Vooys 42.3 ‘Indonesische letteren’ is uit!

Moderne Indonesische literatuur is in Nederlandstalige discoursen uitermate gemarginaliseerd: ze wordt weinig uitgegeven, bovendien schaars academisch besproken. We zouden dit kunnen zien als een verlengde van wat Gloria Wekker ‘witte onschuld’ heeft genoemd: enerzijds heerst in dominant witte discoursen het beeld van Nederland als een ‘progressieve’, ‘ethische’ en ‘kleurenblinde’ natie; anderzijds worden Zwarte en Bruine stemmen systematisch gemarginaliseerd en ondermijnd.

Het nieuwe themanummer van Vooys, getiteld ‘Indonesische letteren’, belicht een verzameling werken uit de moderne Indonesische letterkunde, die samen reflecteren op verschillende vormen van onrecht en postkolonialiteit. Daarmee hoopt de redactie bij te dragen aan een alternatieve dekoloniale en meerstemmige onderzoekspraktijk. Vooysheeft voor dit themanummer samengewerkt met gastredacteur Manneke Budiman, hoogleraar letterkunde en cultuurwetenschap aan de Universitas Indonesia. Bijdragen zijn, afhankelijk van de voorkeur van de auteur, gemengd Nederlands- en Engelstalig.

Literatuurwetenschapper en vertaler Lucelle Pardoe neemt het vertaalde én onvertaalde literaire werk van auteur Eka Kurniawan onder de loep. Ze analyseert hoe we delen van zijn werk kunnen lezen als een counter-narrative dat de Nederlandse canon betwist, en wijst aan hoe de presentatie en vertaalselectie van zijn oeuvre symptomatisch is voor een koloniale houding die nog altijd bij Nederlandse uitgeverijen doorwerkt.

Literatuurwetenschapper Taufiq Hanafi onderzoekt het gebruik van een realistische vertelstijl in het korte verhaal ‘Senyum Karyamin’ [Karyamins Lach] (1987) van auteur Ahmad Tohari. Hanafi wijst op de ironie van de zogenaamde vooruitgang van de moderniteit, die het leven van de sociaal-economisch achtergestelde personages immers niet lijkt te verbeteren, maar hen juist tot slachtoffer maakt.

Letterkundige Rianti Manullang onderzoekt Pidi Baiqs historische jeugdroman Helen dan Sukanta [Helen en Sukanta] (2019) aan de hand van het concept ‘nostalgie’. In tegenstelling tot de Nederlands-Indische literatuur, die vaak een tempo doeloe-beeld oproept en koloniaal geweld verdoezelt, zet deze Indonesische roman nostalgie op een subversieve, kritische manier in.

In de rubriek ‘In de Kast’ bespreekt schrijver en letterkundige Ramayda Akmal de roman Kereta Semar Lembu [Semar Lembu’s Trein] (2022) van Zaky Yamani. Redacteuren Iris Kole en Carmen Brouwer interviewden schrijver Eka Kurniawan en auteur Liang de Beer. Daarnaast ontbreken de ‘Stijlbreuk’ en een drietal recensies niet.

Voor een volledig overzicht van de inhoud klikt u hier. Een selectie van onze artikelen kunt u binnenkort ook online lezen op onze website.