‘The Overstory’ van Richard Powers

Lezen is heerlijk en dat mag geuit worden. Vooys laat eens in de zoveel tijd een redactielid aan het woord over het schrijfsel waarin hij of zij zich verdiept. Deze week: wat leest Nienke? In The Overstory van Richard Powers zijn bomen uiteindelijk belangrijker dan elk ander personage.

Het verhaal van The Overstory ontvouwt zich stapsgewijs, traag zelfs – en dat is iets goeds. De 512 pagina’s die het boek telt nodigen uit tot een traag leesproces. The Overstory is een boek om gedurende meerdere weken met je mee te nemen, misschien nog wel langer; een boek dat meer behoeft (en verdient) dan binnen enkele dagen opgepakt, gelezen en weer neergelegd te worden. Liever een boek minder lezen dit jaar dan een boek te weinig aandacht geven. 

Het boek begint met karakterschetsen om de personages te introduceren. De hoofdstukken van het eerste deel ‘Roots’, waarin steeds een nieuw personage wordt opgevoerd, lezen als heel fijne korte verhalen. Bomen spelen in elk van de verschillende levens een rol; een wetenschapper die bomen onderzoekt, een familie die generaties lang maandelijks een foto van hun kastanje in de tuin maakt. Het eerste deel beslaat 150 pagina’s en is ook elke pagina daarvan waard. De karakterschetsen lezen als intrigerende korte verhalen en gaven me de stiekeme hoop dat het hele boek op deze prettige, geleidelijke manier zou voortkabbelen.

Het voortkabbelen krijgt toch een andere vorm in het vervolg van het boek. In de delen ‘Trunk’, ‘Crown’ en ‘Seed’ raken de levens van de personages, in meer of mindere mate, daadwerkelijk met elkaar verwikkeld. Een aantal van hen sluit zich aan bij een groep activisten die bomen probeert te redden, maar gelukkig worden niet alle personages op één hoop geveegd en aan dezelfde activistengroep verbonden. De beschreven relatie met bomen pakt voor de een overtuigender uit dan voor de ander, maar dankzij de afwisseling van personages en vertelperspectieven komt het verhaal juist goed uit de verf. Het is niet alleen een roman over een groep radicale boomactivisten, of over een wetenschapper wiens ontdekkingen over de onderlinge communicatie van bomen uiteindelijk aan terrein winnen. De bevindingen van deze wetenschapper (‘Plant-Patty’) zijn een van Powers’ sterkste middelen in dit boek. Bomen zijn, zo ontdekt zij, sociale wezens, die via een ondergronds netwerk met elkaar communiceren. Hoewel het verloop van haar verhaallijn vrij voorspelbaar is (outsider doet een controversiële ontdekking; aanvankelijk wordt ze erom belachelijk gemaakt en trekt ze zich terug; jaren later blijkt dat haar ideeën inmiddels wél zijn geaccepteerd en zelfs gebruikt voor verder onderzoek), is ze essentieel voor de andere verhaallijnen. 

Het risico van zo’n groot aantal personages is dat niet iedereen evenveel bijdraagt aan het verhaal. Toch lijkt Powers daar weinig last van te hebben. Dat niet elk personage op dezelfde manier betrokken is bij het behoud van bomen, geeft het boek zijn kracht. Wat mij betreft is het nog een reden om het boek veel tijd te geven. Tijd om het te herlezen, met nog meer oog voor de subtiele connecties die ik de eerste keer ongetwijfeld (misschien ook onvermijdelijk) toch gemist heb. Mijns inziens is dat misschien wel een van de fijnste manieren om te lezen: rustig, oplettend maar niet krampachtig zoekend. The Overstory is in elk geval die tijd en traagheid meer dan waard.