Afgelopen jaar luidde de leescoalitie de noodklok en riep het verenigd onderwijs- en cultuurveld op tot een leesoffensief: er wordt te weinig gelezen, zowel door jongeren als door de rest van Nederland en hier moet iets aan gebeuren. Als we mensen aan het lezen willen krijgen in het groeiende media-oerwoud van Netflix, Instagram en TikTok, moet literatuur op een creatieve manier worden verwerkt en op andere plekken dan in het boek. Want iedereen is een lezer, alleen weten sommigen het nog niet.

In de online collegereeks Literatuur in de praktijk wordt dit onderwerp van verschillende kanten belicht. Diverse onderzoekers en docenten treden buiten de gebaande paden en laten zien hoe literatuur in de praktijk vorm krijgt: om ons heen, in de media en in het onderwijs.

PROGRAMMA

  • Literatuur om je heen | Donderdag 3 juni (20.00 – 21.00) | Online college van Kila van der Starre met spoken word van Joshua Snijders als afsluiting.
    • Het tegenkomen van een gedicht in de openbare ruimte is een van de vaakst voorkomende poëzie-ervaringen in Nederland. Kila van der Starre richtte in het kader van haar promotieonderzoek aan de Universiteit Utrecht de website Straatpoezie.nl op, om in kaart te brengen op welke locaties gedichten te vinden zijn in het straatbeeld van Nederland en Vlaanderen. In haar lezing gaat Van der Starre in op het fenomeen straatpoëzie – dat al eeuwen bestaat – en de functie van gedichten in de openbare ruimte. Ook legt ze uit hoe zowel de taal als de materiële drager van straatgedichten bijdragen aan de betekenis van die poëzie.
    • Dr. Kila van der Starre is literatuurwetenschapper aan de Universiteit Utrecht. Haar proefschrift Poëzie buiten het boek. De circulatie en het gebruik van poëzie is beschikbaar als gratis e-boek. Meer informatie vind je op haar website.
    • Joshua Snijders is redacteur bij Vooys en volgt de bachelor Nederlandse Taal en Cultuur aan de Universiteit Leiden. Hij is geïnteresseerd in moderne literatuur en de taalbeheersing, specifieker nog (post)koloniale literatuur, gender studies en ‘critical discourse analysis’.
  • Het raadsel der smerigheid. Literatuur in het publieke debat. Donderdag 10 juni (20.00 – 21.00) | Online college van Marc van Oostendorp.
    • De laatste jaren is de letterkunde het onderwerp van een steeds opflakkerend publiek debat. Denk alleen aan de discussies rond het proefschrift van Onno Blom  – van zijn biografie van Jan Wolkers werd de wetenschappelijke kwaliteit  betwist, wat leidde tot zeer polemische publieke aanvallen op de commissie en de letterkunde –, het Boekenweekessay van Özcan Akyol waarin de auteur de studie van de Nederlandse Taal en Cultuur neerzette als iets volkomen wereldvreemds, of de debatten rondom de vraag of Marieke Lucas Rijneveld een geschikte vertaler zou zijn van het werk van Amanda Gorman.

      Die debatten ‘fel’ noemen, doet ze onvoldoende recht. Ze zijn vaak smerig en er worden mensen in beschadigd. Ze spelen zich voor een groot deel af op de sociale media, volgens sommigen het open riool van het publieke debat. Het maakt het heel onaantrekkelijk om aan die discussies mee te doen. Het is veiliger en gemakkelijker je eraan te onttrekken.En toch zit er niets anders op, tenminste als de literatuur en de studie van literatuur je lief zijn.Dat felle, lelijke, nare is het karakter van ongeveer iedere discussie die ertoe doet, en als er één manier is waarop je als neerlandicus je nuttig kan maken voor de samenleving, dan is het: ervoor blijven zorgen dat ondanks alles de stem van de rede blijft laten klinken.
    • Marc van Oostendorp is is hoogleraar Nederlands en Academische Communicatie. Hij is van huis uit taalkundige maar mengt zich graag in ieder debat. In dit online college kijkt hij met enige afstand naar de debatcultuur onder letterkundigen, en beschrijft hij wat daaraan zou moeten veranderen.
  • Literatuur in het onderwijs | Donderdag 17 juni (19.00 – 20.00) | Webinar met gespreksmoderator Wendela de Raat en sprekers Jeroen Dera, Renate van Keulen en Els Stronks.
    • In deze webinar gaan docenten en onderzoekers het gesprek aan over de stand van zaken en vernieuwende vormen van literatuuronderwijs. Want hoe krijgen we jongeren weer met plezier aan het lezen? Verschillende onderwerpen en vragen komen deze avond aan bod. Moet er meer tijd worden besteed aan (historische) literatuur binnen het vak Nederlands, of ligt de oplossing in een actief leesbeleid, waar het schoolvak Nederlands meer een doe-vak dan een kijk-vak wordt? En hoe zit het dan met die wetenschappers in hun ivoren toren? Moeten onderzoekers die zich bezighouden met literatuuronderwijs tot de praktijk treden en ook regelmatig zelf voor de klas gaan staan?
    • Wendela de Raat vervult deze avond de rol van gespreksmoderator. Ze is actief als docent Moderne Nederlandse Letterkunde aan Universiteit Utrecht en geeft les aan het Leidsche Rijn College in Utrecht als docent Nederlandse taal en literatuur.
    • Jeroen Dera werkt als neerlandicus aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Na zijn promotie op het kruisvlak van media- en literatuurgeschiedenis (2017) is hij zich gaan toeleggen op onderzoek naar literatuuronderwijs. In dat verband publiceerde hij onder meer het rapport De praktijk van de leeslijst: een onderzoek naar de inhoud en waardering van literatuurlijsten voor het schoolvak Nederlands op havo en vwo (2019). Met Charlotte Van den Broeck schreef hij onlangs een ‘doeboek’ over poëzie, onder de titel Woorden temmen: van kop tot teen (2020). De komende jaren gaat hij met een Veni-beurs van NWO-onderzoek doen naar de uiteenlopende manieren waarop in het voortgezet onderwijs het belang van lezen wordt beargumenteerd.
    • Renate van Keulen is in 2018 begonnen met haar promotieonderzoek aan Tilburg University. Daarvoor heeft ze 18 jaar gewerkt als tekstschrijver en in 2009 is ze gestart als docent Nederlands. Sinds het begin van haar carrière heeft literatuuronderwijs haar geboeid en het viel haar op dat er relatief weinig aandacht aan wordt besteed. De argumenten daarvoor zijn haar bekend, maar ze vindt het literatuuronderwijs niet alleen op zichzelf heel waardevol, maar het kan volgens haar ook bijdragen aan de ontwikkeling van leerlingen op andere onderdelen.
    • Els Stronks is hoogleraar vroegmoderne Nederlandse letterkunde, en ziet het grote verschil in geletterdheid van de Nederlandse bevolking in de vroegmoderne tijd en nu als een uitdaging. Hoe kunnen we via lees- en schrijfonderwijs weer meer Nederlandse jongeren aan het lezen en schrijven krijgen? Momenteel werkt ze samen met dichter, componist en onderzoeker Micha Hamel aan de ontwikkeling van de Schrijfakademie , een digitaal platform voor schrijfonderwijs voor het voortgezet onderwijs.

U kunt zich aanmelden voor de hele collegereeks, of een los college, via tijdschriftvooys@gmail.com onder vermelding van ‘Literatuur in de praktijk’, met eventueel het desbetreffende college dat u wilt bijwonen. Via onze Facebookpagina en de mail houden we u aankomende weken op de hoogte van het evenement.

 Dit evenement is in samenwerking met Universiteit Utrecht en gesponsord door Utrechts Universiteitsfonds STUF.